Bref résumé
Le receveur et les échevins de la cour de Lenculen ont fait acte d'abandon par Diborg van Hasselt d'une maison avec la cour attenante (à Maastricht), appartenant à la cour de Lenculen, en faveur d'Arnoud, son petit-fils.
Texte latin de la charte
Nosa receptor et scabini curie Lenculensis, Olbertus Colsop, Iohannes Borneken, Florentius, Adulfus, Philippus, Henricus de Mol[en]d[ino] et Egidius de Heppenart, protestamur quod Dyborgis de Hasselt effestucando renunciavit domui uni cum curte sibi adiacente, supra commune, ex opposito domus dicti Henloit, moventi a curia Lenculensi predicta, ad opus Arnoldi, pueri quondam Arnoldi, filii dicte Dyborgis. In tantum quod fuit satisfactum et exinde se mortuam fecit.
Datum anno Domini M° CCC°, feria quinta post Assumpcionem beate Virginisb.
Traduction en néerlandais
Ontvanger en schepenen van de hof van Lenculen, Olbert Colsop, Jan Borneken, Florens, Adolf, Philips, Hendrik de Molendino (van de Molen) en Gillis van Heppeneert maken bekend dat Diborg van Hasselt afstand heeft gedaan van een huis met de aangrenzende hof, op de commune, tegenover het huis van Henloit, ressorterend onder de hof van Lenculen, ten behoeve van Arnoud, zoon van wijlen Arnoud, zoon van Diborg. Diborg heeft zoveel gedaan dat (aan alle eisen) is voldaan en zij heeft zich onthecht van het huis.
Gegeven op 18 augustus 1300.
Nadere toelichting
Lees meerpartenaires
donateurs
.avif)
